Beste onbekende bekende,
Het is zo vreemd maar soms kijk ik dwars door je heen. Terwijl jouw vaardige handen doelgericht zijn werk doen en jouw mond woorden vormen die mij moeten doen ‘meewerken’, zie ik slechts jouw verdriet. Gek hè, dat met het langzaam verdwijnen van mijn eigen denkvermogen, en het daardoor steeds minder begrijpen van mezelf, ik een extra antenne lijk te ontwikkelen om aan te voelen hoe het met jou gaat. Ik vaar al lang niet meer op mijn verstand, ik vaar slechts nog op mijn ziel. Mijn gevoel is mijn kompas en jij bent het magnetische Noorden. Ik dein mee op jouw gemoedsgolven en de onderstroom van jouw emoties trekt aan me als een dwarrelende draaikolk. Ik voel je dus onbekende bekende; ik voel jouw haast, ik voel je stres, ik voel je irritatie … maar daaronder voel ik toch vooral je verdriet. Zijn het de kinderen die afstand nemen nu ze ouder worden…, is het je man door wie jij je niet echt gezien voelt…?? Of ben ik het misschien?? Zie je in mijn poel van emoties misschien je eigen gevoelens gereflecteerd …? Is mijn wanhoop ook de jouwe …? Raakt mijn falen misschien aan jouw gevecht…?
Terwijl je dit zo leest denk je misschien dat ik naar je kan uitreiken, maar helaas; het vermogen om anderen steun en emotionele veiligheid te bieden is me ontnomen, tezamen met de teloorgang van miljoenen hersencellen. Het terugtrekken van mijn brein is als tevergeefs wachten op het wassende water. Geen getij meer in mijn bovenkamer, enkel eb; alsof de zwaartekracht van de maan zichzelf overtreft en mij meezuigt naar laagtij.
Maar soms, heel soms, kruipt er een stukje van mijn oude ‘ik’ terug aan land. Vanuit het niets vindt mijn moedertaal vaste voet aan de grond en zou ik je zomaar kunnen vragen: ‘Gaat het wel kind?’. En als het me zou lukken mijn hand op de jouwe te leggen, wat zou het dan mooi zou zijn als jij, zomaar alsof jij aan mij bent toevertrouwd in plaats van andersom, jouw hoofd in mijn schoot legt en zegt: “Nee, mag ik even bij je?”. Geloof me; dan zie ik jou echt…voor heel even.
Geschreven door Conny Groeneveld